Berlewi, Henry (ur. 1894 Warschau, zm. 1967 Parijs).
Schilder, kunstcriticus, lid van de Blok-groep, Syndicaat van de Franse artistieke pers oraz International Association of Art Critics (AICA). Hij studeerde aan de SSP in Warschau in de l. 1904-09, aan de Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen in de l. 1909-10, aan de Parijse Ecole des Beaux-Arts in de l. 1911-12 en aan de Warschau School of Drawing in 1913. Wl. 1914-18, dankzij tijdschriften die Warschau bereiken, raakte geïnteresseerd in dadaïsme en futurisme, met wie 1921 terwijl hij El Lissicki leerde kennen, verdiepte hij zijn kennis van constructivisme en suprematisme. Vanaf dat moment betrad hij het pad van de artistieke avant-garde. Zijn opvattingen werden gevestigd in Berlijn in de. 1922-23, toen hij daar was in de kring van zulke kunstenaars, zoals T.. van Doesburg, V.Eggeling, M. van der Rohe in L. Afoholy Nagy. Berlewi, gefascineerd door de schoonheid en magie van de machine, introduceerde een techniek geïnspireerd door zijn precisie in het schilderen. Het was een mechanische factuur, wiens theorie hij ontwikkelde toen hij nog in Berlijn was?, en die bestond in de mechanische reconstructie van de bestelde, schematische vormen (rechte lijnen en geometrische vormen) met behulp van geperforeerde sjablonen. De kleuren waren beperkt tot zwart en wit, soms levendig rood. Mechanofactor-elementen in het werk van Berlewi stellen hem in staat om te worden beschouwd als een voorloper van de latere pop-art en optisch kinetisme. W 1928 de kunstenaar verliet Polen en in zekere zin de avant-garde. Hij vestigde zich permanent in Parijs, waar hij zich voornamelijk bezighield met portretschilderen. Echter, in 1957 levendige activiteiten ondernemen en deelnemen aan talrijke tentoonstellingen van abstracte kunst.
Schilder, kunstcriticus, lid van de Blok-groep, Syndicaat van de Franse artistieke pers oraz International Association of Art Critics (AICA). Hij studeerde aan de SSP in Warschau in de l. 1904-09, aan de Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen in de l. 1909-10, aan de Parijse Ecole des Beaux-Arts in de l. 1911-12 en aan de Warschau School of Drawing in 1913. Wl. 1914-18, dankzij tijdschriften die Warschau bereiken, raakte geïnteresseerd in dadaïsme en futurisme, met wie 1921 terwijl hij El Lissicki leerde kennen, verdiepte hij zijn kennis van constructivisme en suprematisme. Vanaf dat moment betrad hij het pad van de artistieke avant-garde. Zijn opvattingen werden gevestigd in Berlijn in de. 1922-23, toen hij daar was in de kring van zulke kunstenaars, zoals T.. van Doesburg, V.Eggeling, M. van der Rohe in L. Afoholy Nagy. Berlewi, gefascineerd door de schoonheid en magie van de machine, introduceerde een techniek geïnspireerd door zijn precisie in het schilderen. Het was een mechanische factuur, wiens theorie hij ontwikkelde toen hij nog in Berlijn was?, en die bestond in de mechanische reconstructie van de bestelde, schematische vormen (rechte lijnen en geometrische vormen) met behulp van geperforeerde sjablonen. De kleuren waren beperkt tot zwart en wit, soms levendig rood. Mechanofactor-elementen in het werk van Berlewi stellen hem in staat om te worden beschouwd als een voorloper van de latere pop-art en optisch kinetisme. W 1928 de kunstenaar verliet Polen en in zekere zin de avant-garde. Hij vestigde zich permanent in Parijs, waar hij zich voornamelijk bezighield met portretschilderen. Echter, in 1957 levendige activiteiten ondernemen en deelnemen aan talrijke tentoonstellingen van abstracte kunst.
Mechanofaktura Wit-Rood-Zwart, 1924
gouache, papier, 98 x 81 cm;
Kunstmuseum in Łódź;
gouache, papier, 98 x 81 cm;
Kunstmuseum in Łódź;